We werkten rond het boek: “Het kleurenmonster”.
Zijn gevoelens zaten in de war en wij leerden onze gevoelens herkennen en benoemen.
Elk gevoel heeft ook zijn eigen kleur: Blij = geel, blauw = verdrietig, rood = boos, zwart/grijs = bang,
rustig = groen en verliefd = roze.
We bekeken prenten en mochten verwoorden hoe dit kind zich voelde en hoe je dit kon zien.
We bootsten de verschillende gevoelens na.
We maakten een gevoelsmeter en knutselden een gevoelsmonster in de kleur hoe we ons voelden.
De kleuters konden elke morgen vertellen hoe ze zich voelden en het gepaste kleurenmonster
nemen.
Samen speelden we: kleurenmonster erger je niet, lotto en dobbel met getallen en
Kleuren dobbelsteen om het eerst je kleurenmonster vol .
We zongen en dansten samen op het lied: “Ben je blij…”
Het versje rond het kleurenmonster vonden we leerrijk en we oefenden ondertussen de dagen van
de week.
We bouwden een kleurenmonster met constructie.
Ons contractwerk bestond eruit om getallen te herkennen en deze in dezelfde kleur te kleuren als
het voorbeeld.
In de krakhoek konden we de woorden van de gevoelens na leggen.
We sloten de week af door te kijken naar een leuk poppenkastverhaal met de verschillende
kleurenmonster.