Samen met de leerlingen van 5b hebben wij aan de Kalande in De Pinte bomen geplant.
Bomen zijn inderdaad planten. Ze hebben een lange houten stam, de stengel. In de grond zitten de wortels. Die halen water uit de grond. We moesten tijdens het planten er goed opletten dat de wortels volledig onder de grond zaten. Boven aan de stam zijn de takken met bladeren en bloemen. Om ons plantgoed goed te laten groeien was het dan ook belangrijk dat onze boompjes mooi rechtop werden geplant.
In België groeien loofbomen en naaldbomen. Loofbomen hebben platte bladeren in allerlei vormen. In de herfst verkleuren hun bladeren en vallen deze eraf. In de winter rust de loofboom en groeit hij niet. In de lente groeien er weer bladeren en bloemen uit. Naaldbomen kunnen veel beter tegen kou dan loofbomen. Ze hebben heel dunne, harde bladeren: de naalden. Die blijven in de winter aan de boom zitten. Wij hebben enkel loofbomen geplant die dag!
We leerden van de boswachter dat bomen belangrijk zijn.
De bladeren en naalden zijn de voedselfabriekjes van de boom. Van zonlicht, lucht en water maakt de boom zijn voedsel. Daarbij komt zuurstof vrij. Die geeft de boom terug aan de lucht. Zo zorgen bomen ervoor dat wij genoeg kunnen ademhalen. Bomen houden met hun wortels de grond goed vast. Daardoor spoelt de aarde niet weg als het regent. Mensen kunnen daardoor hun voedsel laten groeien in de aarde.